‘Ik voelde me direct thuis’

Werken met jongeren¹ vraagt om investeren in de ander die je tegenkomt, ongeacht wie de ander is en wat de ander jou geeft. Het is investeren in het meisje dat zover mogelijk achter in de ruimte gaat zitten of in de jongen die steeds in het midden van de belangstelling lijkt te staan. Zo investeren dat de ander ervaart: ik word gezien, ik mag er zijn, ik heb betekenis. Daar zijn geen halve therapeuten voor nodig, maar een leider of leeftijdgenoot met een liefhebbend hart.

 

Bewust investeren

Het werken vanuit liefdevolle relaties in de gemeente, het jeugdwerk, de catechese of welke plek dan ook, maakt echt verschil. Het is mooi om te zien als leidinggevenden los kunnen komen van hun programma of van hun eigen klus en persoonlijke aandacht hebben voor de jongeren om hen heen. Het mooie is ook dat iedereen dat op zijn of haar eigen manier kan doen en dat je elkaar daarin aanvult.

 

De leiders van het bovengenoemde Open Jeugdwerk zijn bewust in ‘liefdevolle relaties’ gaan investeren. Ze hebben erover nagedacht en er in hun team over gesproken. Ze hebben met elkaar bedacht hoe ze kunnen werken aan het ‘liefhebben’. En ze hebben het zo praktisch kunnen maken dat de jongeren met wie ze optrekken, het bijna als vanzelf gaan overnemen. De investering is hun cultuur aan het worden.

 

Anders kijken

‘Liefdevolle relaties’ begint met anders kijken naar de mensen om je heen. Om de ander te zien als door God aan je gegeven. Het is werken vanuit het geloof dat God iets moois in de ander heeft gelegd, waar je samen met die ander naar op zoek gaat. Ieder mens is zo winst voor jezelf. Zelfs degene die je af en toe wel achter het behang zou willen plakken.

 

Nu zou zo’n manier van kijken voor ons als christenen helemaal geen moeite moeten kosten. Juist omdat we weten dat God met liefde naar ons kijkt en met ons handelt. Hij die zelf zo ongenadig door ons op Zijn ziel is getrapt… Overigens wil deze God ons alle gereedschappen geven om te leren anders naar anderen te kijken. Samen (als team of mentoren) een bijbelstudie doen, helpt hierbij heel praktisch.

 

Concreet gaan bidden

De leiders van het genoemde Open Jeugdwerk zijn allereerst gaan investeren in elkaar. Ze hebben tijd vrijgemaakt om met elkaar Bijbel te lezen en te bidden. Daarnaast zijn ze concreet gaan bidden voor jongeren die ze tijdens het werk ontmoeten.

 

Als leidinggevenden, mentoren, VBW-medewerkers met naam en toenaam voor jongeren gaan bidden, verandert dat in eerste instantie iets bij henzelf. Je realiseert dan dat je soms nog zo weinig weet van de ander en je besluit dat te veranderen. Je gaat anders kijken naar de jongere voor wie je bidt. Er ontstaat relatie met de jongere doordat jij investeert.

 

Verdeel als leidinggevenden je groep jongeren en bid regelmatig voor de 5-7 jongeren die jou zijn toegewezen. Sluit elke middag of avond af door als team concreet voor ‘slechts’ twee jongeren en één van jullie als leiding te bidden. Méér niet. Geloof dat de onderlinge geloofsband en deze voorbede liefdevol gaat doorwerken naar de jongeren.

 

Afhankelijk en verantwoordelijk

De kernkwaliteit ‘liefdevolle relaties’ vraagt van de vorm waarin het werk met de kinderen, tieners en jongeren wordt gedaan, dat er bewust ruimte wordt gecreëerd voor onderlinge ontmoeting.

 

Natuurlijk is dat in een Open Jeugdwerk-setting makkelijker – dat is immers de eigenheid van dat werk – maar zelfs de catechese kan zo ingericht worden dat er informele ontmoetingsmomenten ontstaan. De catecheet of een meedraaiend gemeentelid kan dan investeren in relaties.

 

Ook het inhoudelijke programma zal zo vorm gegeven moeten zijn, dat jongeren worden uitgedaagd om te luisteren naar elkaar en ervaringen te delen. Maak jongeren afhankelijk van elkaar door bijvoorbeeld in groepen te werken en leer hen juist in de kleine dingen verantwoordelijkheid voor elkaar te nemen.

 
¹

Onder jongeren worden kinderen, tieners en jongeren verstaan.